Eerste indijking: Sint Bernardpolder
(aan de hand van nota’s van Y.Meeter)
‘t Polderken bleef een verzopen gewest, evenals Canisvliet. Met de hervorming waren alle eigendomsoctrooien, die aan de abdijen geschonken waren, verloren gegaan.
Albertus van Oostenrijk, stadhouder der Nederlanden (1598-1621) bezocht
Zeeuws-Vlaanderen en schonk schorren en landerijen tussen Sassegat en Buxgate aan het kapittel van de Kanunniken van de O.L.Vrouwekerk te Antwerpen. Kloosters waren (en zijn nog) cultuurdragers.
Deze vroegen tijdens het l2-jarig bestand verlof om de schorren te mogen bekijken (1616). In dat octrooi stond o.a., dat Westdorpe al 130 jaar geïnundeerd was (van 1480-1616). Op die manier ontstond in 1617 de Autrichenpolder (de Heerlijkheid Westdorpe) en in 1619 de Sint Bernardpolder.
De Sint Bernardpolder (Antoniuspolder, Franciscuspolder en Lippenspolder) omvatte dat deel van de Canisvliet-binnenpolder dat lag tussen de Sassevaart en ongeveer de Molenverkorting en tussen de Landsdijk en de Zelzate - Wachtebeke-dijk. Verschillende binnendijken moesten het getij van Canisvliet binnen haar oevers houden.
Op de kaart lezen wij de ingelanden:
Schorren van de Lazarije van Gendt (het grootste deel)
Anthonie van Hove | Francois van Note |
’t Klooster van Duinen | Sr. Daniel Stevens |
Sint-Denijs-Stevens | Clooster van Eename |
Sint-Pieter d’Oostin-Denijs | Anthonie van Notte |
En Jan van Hoorne | Lansloot en de Nuyts |
Heer Francois Dinghens-Coninck-Nuyts | Den Heeren van der Looven |
De Wolfsbos | Sr Cuillaume van Lansloot-Laurijs |
’t Clooster Baudeloo | Clijman |
Fontaine | Sr. Jacob |
Schorrenheuvels | Sandplate (nu nog) |
Hoge Schorren | De Zelzaatse dijk |
Lage Schorren | de Wachtebeke dijk |
De Nieuwe Strate (nu Stevensstraat) | Cleem |
Van ’t Fortje tot de Leegstraat | van Amerstraete |
Gescheet van Assenede en Axel Ambacht | de grote Landsdijk |
De Cromme zijdelingse strate Schethoek | Mme Joos Coomans |
Sr. Guillaume ende Hamerlynck | de nieuwe Zeedijk |
In het gemeentehuis van Sas van Gent is een muurschildering te zien van de vesting in 1750, in 1958 geschilderd door Robert de Caluwé, missionaris in Finland. Daarop staan de schorren van Canisvliet aan gegeven als de Molenaarsschorren of de moeren van Mayette. Want na vijf jaar werd dit kolossale werk, dat de Sint Bernardspolder heette, door een springvloed (1624) ongedaan gemaakt.
Het kapittel verkocht de ambachtsrechten in 1626 aan Francois Dinghens, de proost van de O.L. Vrouwekerk van Antwerpen, Een stuk, opgemaakt op last van de Spaanse Koning Filips II te Brussel d.d. 5-8-1626 vermeldt Francisco Dinghens als de eerste heer van Westdorpe (fl.1200,-).
Hij was uit het adellijk geslacht van de familie Dinghens te Antwerpen. Daar is in het klooster der Karthuizers een raam met het geslachtswapen te zien.
Het vermeldt: “Admond Reverends Dominus D. Franciscus Dinghens J.U.D. Pnotonalarus Apostolicus Ds. de Westdorpe. Eccl.
Cathedr. Antwerp. Dic. “
De oorlogskansen keerden en stuk voor stuk werd de inpoldering weer ter hand genomen. Op 16 april 1627 werd door Filips II een nieuw octrooi verleend tot bedijking van de overstroomde landerijen tussen Sas van Gent en Zelzate, bij het fort Sint Anthonie. Dat was de Sint-Anthoniuspolder, een lange smalle strook tussen het kanaal en de Canisvliet.
“in-1344, bij order van wijlen Marquis d'Aytra, gedijckt eene partije landts, buiten den voorseyden geinduneerden Sint Bernaertspolder (1619-1624) genaempt, Sint Francoispolder van omtrent 280 gemeten.”
De indijking op rekening van de eigenaar van westdorpe Fr. Dinghens, vond meer om redenen van defensie plaats dan om de landbouw te dienen. Beide inpolderingen liepen onder water in 1644, bij het beleg van Sas van Gent.
Het Sas van Gent en de Canisvlietforten onder Markies Fonderati bleven Spaans tot 1644. Hulst tot 1645. Toen ze in handen van Frederik Hendrik kwanen werden de forten nog versterkt. Het verdrag van Munster in 1648 (einde van de 80-jarige oorlog) bracht een grensafbakening zo als ze nu ongeveer is.